Het hallucinerende van de personages van Robbert Jan Swiers: een spel met feit en fictie


 Het is vaker bij verhalen van Robbert Jan Swiers genoemd: Swiers publiceert met enige regelmaat korte verhalen, novellen en romans waarin hij de lezer meevoert in een wereld waarin zowel de tijd als de waarheid bedrieglijk is - dit zowel in de vorm - Swiers roept werelden op van vroeger tijden - als voor wat betreft de inhoud - is wat de personages beleven door hen verzonnen? Of beleven ze het - binnen hun gefictionaliseerde leven en bestaan - echt? 

Zo ook in het verhaal voor het voorjaarsnummer dat de titel heeft De zoektocht van Eva Nahil. Ze is een jonge vrouw met een kindje van hooguit een half jaar oud. Haar grote liefde Marck vecht in de loopgraven bij de rivier de IJzer in de directe omgeving van de West Vlaamse stad Diksmuide. De Eerste Wereldoorlog is uitgebroken en de slag om de IJzer in oktober 1914 is de geschiedenis ingegaan als een van de meest bloedige en catastrofale slagen in de Eerste Wereldoorlog.


Ruïnes in Diksmuide

Eva houdt het niet meer uit. Ze verlaat haar huis, kindje in haar armen, en wringt zich, soms strompelend, door het strijdgewoel. Als ze Marck vindt en terug naar huis voert, is dit dan van haar een hallucinatie? Of is er - binnen de verhaalwerkelijkheid - werkelijk sprake van een hereniging? Een verhaal over de menselijke maat in een oorlog. 

Swiers is momenteel bezig met de vertaling in het Engels van zijn zogenoemde Mary Copeland reeks. In Engeland is al belangstelling getoond. Het zal niet verbazen als zijn verhalen nog eens worden verfilmd, want ze zijn visueel erg sterk.  Weer een pakkend verhaal dus voor het voorjaarsnummer.(MdB)


De zogenoemde 'dodengang' bij Diksmuide in de Eerste Wereldoorlog