De schrijver als performer: Jos Buurlage over de geschiedenis van het schrijversinterview

Mies Bouwman interviewt Gerard Reve, jaren '60


Welke literatuurfan zat in de jaren '80 niet aan de buis gekluisterd als op zondagavond het programma Hier is....Adriaan van Dis werd uitgezonden? Van Dis ontving met het elan van een wereldburger schrijvers uit binnen- en buitenland. Hij maakte ook schrijvers: door het programma beleefde Frans Pointl een doorbraak...In een boeiend essay schetst de Neerlandicus/auteur Jos Buurlage ,(1951), de geschiedenis van het literaire interview vanaf het begin van de 20e eeuw. Tegendraadsheid is Buurlage niet vreemd, daar waar bijvoorbeeld velen Harry Mulisch als onaantastbare literaire grootheid wilden en willen zien, publiceerde hij Mulisch met tulband waarin hij ingaat op de ijdelheid en ook op zijn kant als image builder. Buurlage is leesbaar doordat hij ook altijd weer nuanceert, zo ook in zijn essay voor Bühne over de veranderende rol van een schrijver dóór schrijversoptredens.


De schrijver André de Ridder, (1888-1961) kan als pionier worden beschouwd van het literaire interview. Hij trok erop uit om schrijvers te ontmoeten en deed dan uitvoerig verslag van woonomgeving, interieur, voorkeuren en fascinaties. De schrijver werd een individu over wie het publiek meer mocht weten. De Ridder kreeg vele navolgers. Met een sprong in de tijd werd een schrijver in de jaren 1960, toen de meeste gezinnen een televisie in huis haalden, een entertainer. Hella Haasse en Gerard Reve traden op in 'Zo is het toevallig ook nog eens een keer' waarin het om spitsvondigheid ging, maar ook kwam er een serieus interviewprogramma: 'Literaire ontmoetingen'. Een leuk stuk dus voor de literatuurliefhebber dat ons ook herinnert aan de vergankelijkheid van roem... (MdB)

Gomperts met Adriaan Morriën

Jos Buurlage