Een dichter die ons beelden schetst - Jan Kleefstra en poëzie op het laagland



In het vierde nummer van Bühne - voorjaar 2016 - verscheen van Jan Kleefstra een essay over Samuel Beckett. Kleefstra, die diverse kunst disciplines beoefent waaronder muziek, film en beeldende kunst - laat zich als schrijver/dichter niet eenvoudig lezen. Maar eenmaal opgenomen in de tekst, komt er een rijk, veelkleurig palet tevoorschijn. Intussen publiceerde hij de bundels Raaf verwantschap, Melkdruppen en Een mistval om het rumoer.


Voor het najaarsnummer schreef Kleefstra een Lofzangbrief aan het Lage Midden, met als waarschuwende titel De teloorgang van het land. Hij gaat hierin een dialoog aan met de natuur, de aarde, die hij als het ware aanroept:

'Lang heb je je maar weinig om jezelf gemoeid. Waarom zou je ook. Er werd goed voor je gezorgd. Je bruiste van het leven. Je bekommerde je speels om de elementen en fungeerde voor de mens vooral als decor in de schijnbare achteloosheid van het bestaan. Alsof het licht toen veel lichter was en de stilte nog gedragen. Het is pas sinds kort dat de oorlogen heviger worden, de elementen weerbarstiger en de landbouw zich nog maar weinig aan je evenwicht gelegen laat. Je krachten nemen zienderogen af, je verdraagt steeds minder leven en je stem wordt zwakker en zwakker.' 

De aarde raakt uitgeput, er is roofbouw gepleegd... en als zodanig kan de lofzangbrief van Kleefstra ook gelezen worden als een waarschuwing. We moeten ons meer om het landschap, de aarde bekommeren...


Kleefstra is het soort dichter/auteur waar je de tijd voor moet nemen. Maar de moeite wordt dan ruimschoots beloond. (MdB)